Een paar plaatjes



Veronica bedient de laadarm tijdens het laden van Tarwe in Pont-Saint-Maxence, op de Oise.



 
Na een Franse feestdag wachten we op onze beurt bij de eerste sluis op het Canal du Nord vanaf de Parijse kant, Pont-l'Eveque. Het heeft gevroren. De gangboorden en het voordek zijn spekglad, de touwen stijf bevroren. 



 
Op de Zee-Schelde, dus tussen Gent en Antwerpen. Het is een getijde-rivier met een paar stevige bochten. Hier moet je zo'n 50 meter uit de binnenbocht weg blijven omdat het daar ondiep is.




 
Lossen in Aalst, aan de Dender. We liggen middenin de stad.
De Dender is een smalle rivier die hard kan stromen en het is lastig om hier weer weg te varen. We kunnen hier niet keren (rond gaan), daarvoor is niet genoeg ruimte. Je kunt een kilometer achteruitvaren, door twee lage beweegbare bruggen en langs afgemeerde jachten en dan rond, maar wij hebben geen boegschroef en wanneer er ook nog wat wind staat is dat niet zo'n heel goed idee. Je kunt ook even verder varen, door het sluisje dat je nog net op de foto kunt zien, door een andere lage beweegbare brug en dan rond gaan, weer door de brug, weer door de sluis. Dat hebben we uiteindelijk gedaan. De brug bleek kapot, dus daar hebben we een paar uur voor liggen wachten. Omdat de Dender ook getij afhankelijk is (doordat ze in verbinding staat met de Zee-Schelde) moet je goed uitkienen wanneer je op bepaalde plekken gaat aankomen, het kan zijn dat het water anders te hoog staat om nog onder twee bruggen door te passen. Door dat verplichte wachten voor die gestremde brug werd het nog redelijk spannend allemaal, het waaide ook nog vrij stevig, niet leuk. Op de Dender zullen ze ons niet snel terug zien.



 
Op het kanaal van de Dijle naar Leuven, sluis Zennegat. Ook hier ben je afhankelijk van de getijden op de Zee-Schelde, je kunt er alleen maar schutten 4 uur vóór tot 4 uur ná hoog water. Anders is de invaart te ondiep.

 
Dezelfde sluis vanaf de Zee-Schelde gezien.




 
Op het Canal des Ardennes. Veronica spuit het schip af nadat we Luzerne pellets geladen hebben. Dat stuift nogal, het hele schip was leger groen. Ik had 's avond na het laden de ergste rotzooi al afgespoten, maar in het donker wil je nog wel eens een stukje over het hoofd zien dus Veronica maakt alles écht schoon. Op de heenweg voeren we door centimeters dik ijs, hier is het al iets warmer en is het ijs gesmolten.




 
Op de kleine kanalen gebruiken we 's avonds soms onze lampen op het voorschip. Deze kanalen zijn zo klein dat je radarbeeld niet zoveel informatie meer geeft én je radarmast moet vaak heel laag blijven om onder de lage bruggen door te kunnen, zelfs met geladen schip en dat helpt ook niet echt. Hieronder zie je het radarbeeld kort nadat de bovenste foto gemaakt is. Zelfs mét die lichten aan zie je trouwens niet overdreven veel hoor.

 



 
Eind van de middag op het Canal du Nord. We varen veel op dit kanaal omdat het een belangrijke verbinding is tussen het noordelijkste deel van Frankrijk (en dus met België) en de omgeving van Parijs. Je schut meestal met twee Spitsen in één sluis.

 
's Avonds op het Canal du Nord. De sluizen worden op dit stuk van het kanaal na 20:30 niet meer bediend, dus dan hebben we vrij.




 
Richting Ribécourt




 
Sluis Comines op de Leie.

 
Mistige dag op de Leie. Op sommige dagen klaart het nooit echt op en vaar je de hele dag op je radar.




 
Met een Spits kom je echt overal. Dit is op de Westerschelde, 08:00 uur 's ochtends bij Terneuzen, richting Hansweert. Het tij is niet ideaal, maar we moeten deze dag een grote afstand afleggen om de volgende dag op tijd op onze bestemming in Meppel te komen dus we kunnen niet wachten.

 
Vanaf de Oosterschelde richting Krammer sluizen

 
Dezelfde dag, in de Volkerak sluizen. Het wordt alweer donker.
We varen deze dag tot sluis Vreeswijk, het laatste deel in potdichte mist. Het is dan nog een hele kunst om de drukke sluis monding vanaf de rivier in te varen, met heel veel scheepvaart verkeer en om dan een ligplaats te zoeken, allemaal zonder dat je iets kunt zien.

Comments